Is het de of het kleding?

Bij het schrijven of spreken in het Nederlands komen we allemaal weleens in de knoop met lidwoorden. Vooral bij woorden die je niet vaak verbuigt, zoals kleding. Een veelgestelde vraag is dan ook: is het ‘de kleding’ of ‘het kleding’?

Het juiste antwoord: de kleding

De kleding. Het correcte lidwoord bij kleding is “de”. Dus je zegt:

• De kleding hangt aan de kapstok.

• De kleding van deze winkel is duurzaam.

Waarom is het de kleding en niet het kleding? Simpel gezegd: kleding is een vrouwelijk (de-)woord, en het is bovendien een verzamelwoord (net als de muziek , de informatie, de bagage). Zulke woorden krijgen vrijwel altijd ‘de’ als lidwoord.

Waarom klinkt het kleding soms logisch?

Sommige mensen zeggen of schrijven per ongeluk het kleding, waarschijnlijk omdat ze denken aan het Engels ("the clothing") of omdat ze kledingstuk in gedachten hebben — en dat is wél het kledingstuk . Maar kleding op zichzelf blijft een de-woord.

Tip: denk aan vergelijkbare woorden

Als je twijfelt, vergelijk het dan met andere woorden die op dezelfde manier worden gebruikt:

• De kleding

• De voeding

• De apparatuur

• De bagage

Allemaal zijn het abstracte of verzamelbegrippen — en allemaal krijgen ze de als lidwoord.

Samenvatting

• Het is de kleding
• Niet het kleding

Dus de volgende keer dat je je afvraagt welk lidwoord erbij hoort, onthoud dan: kleding is een de-woord. En als je echt twijfelt: vervang het woord even in gedachten door iets vergelijkbaars zoals de voeding, en je zit meestal goed.